Sociedad de Juliaca es una banda peruana que se formó en la ciudad de Juliaca, en el altiplano de Puno. Fundado en el año 2005 por un grupo de jóvenes amantes de la música andina y el rock, este conjunto se ha caracterizado desde sus inicios por la fusión de ritmos autóctonos con guitarras eléctricas y otros instrumentos modernos. Inspirados por el entorno cultural y las tradiciones de la región, buscaron llevar la riqueza sonora de los Andes a un público más amplio.
El grupo original estaba compuesto por:
El lanzamiento de su primer álbum “Ecos del Altiplano” en 2007 marcó un punto de inflexión para Sociedad de Juliaca. Las canciones combinaban letras profundamente arraigadas en la cultura andina con arreglos innovadores que capturaron la atención del público y la crítica. Temas como “Lágrimas de la Puna” y “Amanecer en los Andes” se convirtieron en himnos regionales y llevaron a la banda a escenarios más grandes dentro del Perú.
Motivados por el éxito de su primer trabajo, emprendieron una gira nacional que abarcó desde
Ver BiograFia Completa
Onder de groene hemel in de blauwe zon
speelt het blikken harmonie orkest in een grote regenton.
Daar trekt over de heuvels en door het grote bos
de lange stoet de bergen in van het circus Jeroen Bosch.
En we praten en we zingen en we lachen allemaal,
want daar achter de hoge bergen
ligt het Land van Maas en Waal
Ik loop gearmd met een kater voorop.
Daarachter twee konijnen met een trechter op hun kop.
En dan de grote snoeshaan, die legt een glazen ei.
Wanneer je het schudt dan sneeuwt het op de Egmondse Abdij.
Ik reik een meisje mijn koperen hand,
dan komen er twee Moren met hun slepen in de hand.
Dan blaast er de fanfare ter ere van de schaar,
die trouwt met de vingerhoed, ze houden van elkaar.
En onder de purperen hemel in de bruine zon
speelt nog steeds het harmonie orkest in een grote regenton.
Daar trekt over de heuvels en door het grote bos
de lange stoet de bergen in van het circus Jeroen Bosch
En we praten en we zingen en we lachen allemaal,
want daar achter de hoge bergen ligt het Land van Maas en Waal.
We zijn aan de koning van Spanje ontsnapt,
die had ons in zijn bed en de provisiekast betrapt.
We staken alle kerken met brandewijn in brand,
't is koudvuur, dus het geeft niet en het komt niet in de krant.
Het leed is geleden, de horizon schijnt
wanneer de doden dronken zijn en Pierlala verdwijnt.
Dan steken we de loftrompet en ook de dikke draak
en eten 's avonds zandgebak op het feestje bij Klaas Vaak.
En onder de gouden hemel in de zilveren zon
speelt altijd het harmonie orkest in een grote regenton.
Daar trekt over de heuvels en door het grote bos
de stoet voorgoed de bergen in van het circus Jeroen Bosch.
En we praten en we zingen en we lach-ahahahaa,
het Land van Maas en Waal,
van Maas en Waal, van Maas en Waal,
van Maas en Waal, van Maas en Waal.